Close Menu
Spoed? Bel 06 55 37 00 00 Op spoednummer geen APP/SMS (doorgeschakeld)
Geen spoed? Bel dan tijdens spreekuur
Ma t/m vr van 8.00 - 9.00 uur: 0252-534340

Atypische myopathie

Atypische Myopathie (spieruitval)

Deze pagina is in september 2016 aangepast, nadat er nieuwe onderzoekresultaten met betrekking tot deze ziekte verscheen.

Atypische myopathie is een spontane, zeer ernstige spieraanval bij paarden. In de regel sterft 90% van de getroffen paarden aan deze aandoening, vaak binnen 72 uur, omdat de spieren, uiteindelijk ook de ademhalingspieren, het paard in de steek gaan laten. 

Op internet is nogal wat tegenstrijdige informatie te vinden over dit onderwerp. Artikelen zijn soms verouderd (geschreven voordat onderzoeksresultaten bekend waren en nooit meer aangepast). Al jaren is bekend dat esdoornbladeren en -zaden een toxische stof kunnen bevatten, de gifstof hypoglycine A, die de ziekte in gang brengt. Dat de Vederesdoorn de gifstof bevat is reeds vele jaren geleden in America vastgesteld. Via onderzoeken, waar de universiteit Utrecht een grote rol bij had, werden de ziektegevallen afgelopen jaren specifieker onderzocht, waarbij gekeken welke van de in Nederland drie meest voorkomende esdoorns (gewone esdoorn, Veldesdoorn of noorse esdoorn) de gifstof dragen. Ook de vraag of er mogelijk toch ook nog nog andere gewassen een rol spelen bij ontwikkeling van atypische myopathie, werd niet overgeslagen. 

Uit het laatste onderzoek blijkt nu dat van de drie in Nederland onderzochte esdoorntypen, de gewone esdoorn (de Acer pseudoplatanus L.) de gifstof hypoglycine A bevat. Wat daarbij opmerkelijk is, is dat de ene gewone esdoorn veel meer gifstof bevat dan de andere. Ook gelden verschillen per onderdeel in de boom. De zaailingen bleken nog gevaarlijker, maar blad en zaden volgen. Op de Veldesdoorn en Noorse esdoorn werd in dit onderzoek niets aangetroffen. 

Om atypische myopathie te voorkomen geldt in ieder geval het advies om te proberen te voorkomen dat paarden zaden (de bekende waaiertjes waar kinderen graag mee spelen), zaailingen (de eerste verschijningsvorm van de boom) of bladeren van de esdoorn, binnen kunnen krijgen. In het najaar komen de zaden/bladeren vrij en belangrijk is te weten dat ze bij storm een behoorlijk eindje meewaaien. In het najaar worden de meeste gevallen gemeld, terwijl de zaailingen als eerder op het land staan. Dit komt dan waarschijnlijk doordat in het najaar er in weilanden doorgaans minder te eten valt, dan in het voorjaar. Bij afname van gras worden paarden minder kritisch.

Bij twijfel adviseren we de paarden binnen te houden en zaailingen/zaden/blad zo snel mogelijk verwijderen. Het najaar blijkt de meest risicovolle periode. Om een indicatie te krijgen van de omvang van deze bedreiging, landelijk zijn er ieder jaar een aantal paarden die aan dit probleem overlijden of te maken hebben met ernstige ziekteverschijnselen. De omvang van het probleem is dus in relatie tot andere ziekten beperkt, de impact van het probleem is echter groot.

Wees in het voorjaar toch ook alert op zaailingen (kiemen en jonge 1-4 jarige esdoorn ‘plantjes’) en verwijder deze, aangezien het gehalte hypoglycine A hierin dus hoog is. 
 

Andere verkeerde bomen
In het algemeen geldt dat er meer bomen niet geschikt zijn voor in of rondom de paardenwei. Giftige bomen zijn o.a. de walnoot, kastanje, beuk, rode esdoorn en kersen- en pruimenboom. Zij veroorzaken weer andere gezondheidsproblemen. Het beste is om een paard simpelweg geen toegang te geven tot takken, bladeren en vruchten van deze bomen. Eikenbomen zijn eveneens mild giftig, vooral de bladeren en onrijpe, groene eikels.

 

Inktvlek schimmel Atypische myopathie
Gewone esdoorn Atypische myopathie
Waaiers Atypische myopathie
Esdoorn bladeren Atypische myopathie
Waaiers (2) Atypische myopathie